Maandag 3 aug – rit Giant’s Castle, Makhasa (Hluhluwe)
Vandaag hebben we een van de (weinige) lange reisdagen hier in Zuid Afrika. Toevallig zitten die allemaal in het begin van de reis. Na een uurtje laten we de weg met vele potholes achter ons. Gelukkig maar; één keer hadden we een pothole te laat in de smiezen en dachten Alphons en ik beiden een lekke band te hebben opgelopen. Gelukkig hadden we het mis. De rit gaat voorspoedig verder. Voor we het weten zijn we de bergen uit, en is het land veel vlakker geworden. We rijden door een gebied waar veel bossen zijn aangelegd. Nog steeds zien we met regelmaat mensen langs de weg lopen. Zoals we in Nederland gewend zijn aan de hordes middelbare scholieren die ’s ochtends kilometers naar school moeten fietsen, zo lijkt het hier heel gebruikelijk te zijn om kilometers te lopen. En dan doel ik puur op het lopen om van a naar b te komen, niet op recreatief lopen. Geregeld wordt er gezwaaid en zwaaien wij terug. Soms voel ik me bezwaard dat we geen mensen mee laten rijden. Met drie kinderen op de achterbank, waarvan er één in een kinderstoeltje zit, vinden wij de auto wel vol. Anderzijds zien we vandaag een aantal keer een busje met panne langs de kant van de weg staan, waar dan wel tien mensen naast staan. Hoe die er uit komen, of liever gezegd, hoe zij daar allemaal ingepast hebben, is me een raadsel. Maar goed, technisch gezien is het wellicht dus toch mogelijk om meer mensen in onze auto te hebben, maar zien we er evengoed vanaf.
Durban is een erg uitgedijde stad. Ook hier rijden we langs een krottenwijk, ondanks dat hij er anders uit ziet dan in Johannesburg, is het gelijk te herkennen. Er hangt smog boven de stad.
We rijden verder en arriveren halverwege de middag bij Hluhluwe. We besluiten wat fruit te kopen en worteltjes voor komende dagen. Alphons heeft zijn twijfels of we dat hier moeten kopen, het is een wat afgelegen gebied, erg druk met mensen en geen enkele blanke te bekennen. Ik heb er een goed gevoel bij (terwijl ik meestal iets terughoudender ben), dus we besluiten te stoppen. Boodschappen doen blijkt geen probleem!
Wanneer we verder rijden, zien we veel kinderen in schoolkostuum (donkere broek, wit shirt) langs de weg lopen. Even later rijden we langs een groot gebouw, de school. In de buurt van de school staan ook huizen. De meeste zijn van steen, sommige in een vrolijke kleur geschilderd. Vaak staat er een aantal gebouwtjes bij elkaar, het lijkt wel willekeurig op de grond geplaatst. Vaak ook met iets van een afrastering eromheen. Geen hoge schuttingen met prikkeldraad en (alarminstallatie)hek, maar meer iets van paaltjes met een draad, puur om de grenzen van de kavel aan te geven. Het typische is, dat ook hier heel veel zwerf afval ligt. Overal! We begrijpen het niet goed, hoe mensen chip zakken, plastic flessen, papier etc. gewoon overal neergooien/ laten liggen. Zowel op straat als op het eigen kavel. Zouden ze het zelf zien en ‘gewoon’ onbelangrijk vinden, of ziet men het überhaupt niet?
Even later wordt het hek van Makhasa voor ons opengedaan door een jonge man, genaamd Wonder Boy. Het is ons overigens al opgevallen dat de mensen hier soms heel bijzondere namen hebben. Zo hebben we achter de kassa in Winterton bijv. een mevrouw zien zitten met op haar naambordje de naam Precious. Maar goed, we zitten komende dagen dus in een Private Game Reserve. Het is hier helemaal super! We hebben twee hutjes/ lodges op stelten, gebouwd van hout en bamboe. Deze keer slaapt Floris bij Alphons en Pepijn en Aafje bij mij in de hut.
Er is ook een centrale lodge waar we ’s ochtends en ’s avonds eten (deze dagen geen zelf gekookt maaltje) en waar een zithoek is met uitzicht op een drinkplek. En ja hoor, wanneer we ’s avonds aan tafel zitten, komen de eerste Nyala’s al langs. Deze lijken op impala’s, maar hebben witte strepen op de rug. De mannetjes zijn donkerder, groter en hebben hoorns. Wanneer de heren de spierballen willen laten zien, zetten ze de haren op de rug (bij de ruggengraad) recht overeind en gaan ze om elkaar heen dralen. Een aantal keer is dat al genoeg om een van de twee te laten afdruipen. Zo niet, dan gaan ze met de hoorns stoeien. Later zien we mooie zwarte parelhoenders (Guinea Fowls) met prachtig wit en blauw gestreepte en gestippelde veren. We zien de Loerie ook voor het eerst; een vogel met fel rode en blauwe veren. Super mooi, helaas moeilijk op de foto te zetten, want die felle kleur zie je vooral wanneer hij vliegt. Wanneer hij zit, zie je vooral de lichtere kleur.
Nu we hier zijn, hebben we ook weer internetverbinding. Heel leuk voor Alphons, die nu opeens alle felicitaties binnenkrijgt die hem op zijn verjaardag waren gestuurd. We nemen ons voor om morgen het blog bericht te plaatsen dat we al een paar dagen klaar hadden staan, maar in Giant’s Castle niet konden plaatsen.
Dinsdag 4 augustus – Makhasa rustig dagje, Game Drive
Vannacht hebben we lekker geslapen, maar ook allerlei onbekende geluiden gehoord. Alphons en Floris hebben ’s ochtends rond een uur of zes buiten op het balkonnetje gestaan om te kijken of ze iets konden zien (wat niet het geval was). Ik heb ook even naar buiten getuurd en vervolgens de gordijnen open gedaan. Wanneer Aafje en Pepijn wakker worden, zien we vanuit ons bed wat Nyala’s lopen.
Vandaag doen we rustig aan en blijven we bij de lodge. Voor vanmiddag staat er een game drive op het programma, en vanavond eten we onder de sterrenhemel (en die is hier goed zichtbaar, gevuld met veeel sterren). Overdag wordt er wat huiswerk gedaan en worden er spelletjes gespeeld. En er wordt voor het eerst geskyped! Opa Leo en oma Rinie zijn vol in beeld en we kunnen elkaar ook horen, hoera!
De game drive is een belevenis op zicht. Met zijn vijven plus gids rijden we in een 4×4 door de bush. Af en toe stoppen we om sporen te bekijken. We zien grote, twee ledige girafpoten, waarvan elk deel ongeveer zo groot is als een grote, gesloten mannenhand. Sporen van luipaard en hyena lijken op elkaar, waarbij de tenen van de hyena dikker zijn en ‘banaan-vormig’, wordt ons uitgelegd.
We leren dat neushoorns alleen gras eten, waardoor de grote grassige keutels die we zien ons vertellen dat zij hier zijn geweest (helaas een tijd geleden). De hyena eet als enige in dit park (überhaupt?) ook botten van dieren. Hierdoor zit er veel fijngemalen kalk in hun uitwerpselen die dan ook heel wittig van kleur zijn. Aafje wijst steeds naar muizenkeutels, maar die blijken van de impala’s en nyala’s te zijn. Op een gegeven moment denkt Alphons met zijn arendsogen een Afrikaanse buffel te zien. Ook de ranger weet hem te spotten. We blijven nog een tijdje turen, en horen hem door de bosschages struinen, maar helaas krijgen we hem niet beter in zicht. Wel zien we verderop zebra’s en weten we nog een specht te spotten.
Wanneer we terug komen worden we verrast met een echte boma! Een braai (BBQ) onder de sterrenhemel. Eerst zitten we lekker rondom het kampvuurtje en daarna gaan we aan tafel om te eten. Kaarsen er bij, helemaal top! Heel bijzonder. De foto hiervan is niet scherp, maar geeft voor ons wel een impressie van een mooie herinnering.
Woensdag 5 augustus – Makhasa, bezoek kat-achtigen, Night Drive
Vandaag gaan we gelijk na het ontbijt naar een centrum voor wilde kat-achtigen. Ze worden hier opgevangen en indien ze gezond zijn voortgeplant. We zien vier verschillende dieren: servals, Afrikaanse wilde katten, caracals en cheetas. Bij de serval mogen we in het verblijf. Deze laat zich ook aaien, iets wat de kinderen heel leuk vinden. Bij de caracals en Afrikaanse wilde katten moeten we ver van het hek blijven omdat ze nogal agressief kunnen zijn.
Even later staan we voor het hek van twee cheetas. We mogen naar binnen, mits we met zijn alle als één groep bij elkaar blijven en de kinderen aan de hand blijven. Niet rennen, niet wild doen, niet weg van de groep lopen etc. De verzorger gaat eerst contact met ze maken om te zien of ze in hun goede hum zijn en als dat zo is, mogen we dichterbij komen. Hmm… klinkt niet heel relaxt. Aangezien de twee cheeta-mannetjes gewend zijn om elke dag een groep mensen in hun verblijf te hebben, en de verzorger eerst contact met ze maakt om te kijken hoe de pet er bij staat, besluiten we ook mee te gaan.
De mannetjes blijken ons te tolereren (pfffiew), een van hen rekt zich even flink uit (wat een lijf!) en gaat er voor liggen om zich te laten aaien. Krijgen we dat nog…. Terwijl ik nog onder de indruk ben, en me niet helemaal op mijn gemak voel, staan de kinderen te springen (in de figuurlijke zin, gelukkig) om hem te mogen aaien. Alphons wil wel met ze mee, dus daar gaan ze (na eerst wat anderen voor te hebben zien gaan ;-D ). Er wordt verteld dat de kussentjes die onder de poot van een cheetah zitten er voor zorgen dat het vele bloed dat tijdens het rennen naar de poten gaat, weer naar het lijf gepompt wordt. En rennen kunnen ze. Binnen ca. 3 seconden kunnen ze vanuit stilstand tot 114km/uur rennen en binnen één stap kunnen ze afremmen tot 14 km/uur. Ongelofelijk! Verder kunnen ze als ze op top snelheid rennen met één stap wel 6 meter overbruggen. Quite impressive.
We hebben weer een nieuwe taal gevonden waar we wat van willen leren: Zulu. Het spiekbriefje zit nog in de broekzak, en het vocabulaire is nog niet heel uitgebreid, maar de eerste woorden beginnen te komen ;-D. Overigens is dit wel een stuk lastiger dan het Zuid Afrikaans. En de grap is…. we kunnen nu wel een paar dingen zeggen, maar we verstaan er niets van als ze iets terug zeggen. 😀
- Hallo – sawubona
- Hoe gaat het ? unjani?
- Prima en met u? – ngiyaphila
- Bedankt – ngiyabonga
Op de terugweg rijden we langs een postkantoor, waar we willen kijken of ze postzegels hebben. Helaas zijn ze dicht. Op de deur hangt een bord, waarop staat welke items je niet mee het postkantoor in mag nemen: een mobiele telefoon, pistool, sigaretten en drank moeten thuis blijven. Een hele geruststelling ;-D.
Teruggekomen bij de lodge wordt er weer huiswerk gedaan, dit keer op het balkon van onze eigen lodge. Ondertussen bereiden we ons vertrek van morgen alvast voor. Na het eten gaan Alphons, Pepijn en Floris nog een nachtsafari doen. Voor Aafje wordt het te laat, dus wij zwaaien de jongens uit en gaan naar onze lodge.
De ‘game drive by night’ is een bijzondere ervaring. Allereerst gaat er een extra ranger mee die op een speciale stoel voorop de auto zit; zijn taak is om met een sterke lamp zowel te zoeken naar sporen als de omgeving te verlichten op zoek naar dieren. Daarbij maakt hij met name gebruik van het feit dat veel dierenogen licht reflecteren wanneer het erin schijnt. Al snel na vertrek zien we dit effect: heel grappig dat je in een donker bosje een paar honderd meter verderop opeens twee kleine glinsterende bolletjes ziet. Erop af. Het blijkt een Gennet te zijn, een soort katachtig wezentje (heb hem vanwege slechte internetverbindingen nog niet goed op kunnen zoeken). Het is ongelofelijk wat voor goede ogen deze ranger heeft; even later wijst hij met gemak een nightjar (vogel) aan, die op ongeveer 150 meter afstand op de grond zit in een gecamoufleerd nest. Weer even later laat hij de auto stoppen voor… een Knocking sand frog, ofwel een vrij dik, grijsachtig kikkertje van ongeveer 5cm.
Wat de night drive echt bijzonder maakt is de spanning; het is donker, je hoort allemaal geluiden, je kan niet ver kijken, prachtige sterrenhemel (twee vallende sterren gespot!), en wat zal er in ons schijnsel te zien zijn? We zitten totaal bijna 3 uur lang gespannen in de auto en ondanks dat het aardig koud wordt, hebben we dat nauwelijks in de gaten. Op een gegeven moment komen we verse sporen tegen van 2 luipaarden; deze volgen we een tijdje en vervolgens komen er ook sporen van Hyena’s bij. De sporen gaan allemaal richting een drinkplaats; echter, zodra wij daar zijn, zien we ‘slechts’ Zebra’s. Wel horen we de Hyena’s roepen. Dan maar weer het pad terug en binnen 5 minuten hebben we weer een spoor van een Hyena. Helemaal vers want de voetafdrukken zijn over ons wielenspoor heen gezet. Hij is in de buurt!
Helaas, wat we ook doen, we vinden ze niet. Wel komen we nog een Wildebeest tegen, een Suni (de kleinste antilope in Afrika, die maar 5kg wordt en zeer schuw is), en een witte-staart mongoose. Voldaan en vol adrenaline komen we thuis van onze ‘boys night out’.
Harry 10 augustus 2015
Hoi Broekkies,
Geweldig om te lezen hoe jullie het maken.
Wij zijn nu een weekje terug van onze geweldige Namibië reis. Hebben ontzettend veel gezien ( 4400 km gereden) en genoten met zijn drietjes. Jullie verhalen en prachtige foto’s zijn heel herkenbaar.
Ik ben al weer een weekje volop “aan de bak” en kan lekker nagenieten onder het genot van jullie reisverslagen.
Groet van jullie naober, (om het Twents te vergeten!!)