Maandag 18 januari – aankomst in Hanoi, vlucht naar Hue
Rond 5.25u komen we aan op station Hanoi. Het was een ‘bumpy ride’ vannacht; dan weer werd er plotseling gestopt, dan weer reden we met zo’n cadans dat we op en neer veerden op het matras. Alphons, die op het bovenste stapelbed lag, kwam soms bijna met het hoofd tegen het plafond aan en dacht soms van het bed af te trillen. Gelukkig sliepen de kinderen als rozen.
Aangekomen op het station worden we door een gids opgehaald en naar een hotel gebracht nog buiten het oude centrum waar we kunnen ontbijten. Het restaurant is zo vroeg nog niet open. Desalniettemin kunnen we er gaan zitten en worden we van koffie en thee voorzien. Het restaurant ziet er mooi en verzorgd uit, en zo zullen de kamers ook vast zijn. Na een half uur wordt het buffet klaar gezet en kunnen we lekker eten, wat er ondanks het vroege uur goed in gaat.
Na het ontbijt worden we weer naar het Boutique Hotel gebracht, waar nog twee koffers van ons staan. We hebben een dagkamer geregeld waar we de koffers en rugzakken weer kunnen ompakken voor de vlucht van vanmiddag (waar we max 20kg in de koffers mogen meenemen). Terwijl Alphons de bagage weer opnieuw intast, buigen Pepijn, Floris en ik ons over het huiswerk. Ze gaan verder in de nieuwe rekenwerkboeken die Rinie en Leo voor de jongens hebben meegebracht en het ingescande en gekopieerde werk. Aafje doet ondertussen ook wat ‘huiswerk’ in het werkboek dat we in Dunedin voor haar hebben gekocht. Samen met Rinie telt ze en worden diverse cijfers geschreven.
Wanneer dit is gebeurd drinken we een kop koffie. Door de belabberde nacht voel ik me behoorlijk gammel en besluit om een uurtje te gaan slapen. Pepijn houdt me gezelschap en zit naast me op het bed achter de laptop wat squla te doen. De rest van het gezelschap gaat de stad nog even in om een grote markt te bezoeken (Cho Dông Xuãn). Na anderhalf uur komen ze terug met een paar grote ballonnen die Rinie voor ze heeft gekocht. Het zijn geen ballonnen zoals we ze in Nederland zien, maar een groot getal of een grote afbeelding. We zien ze vrij veel, waarschijnlijk vanwege het aankomende Vietnamees Nieuwjaar (TET).
Aangezien we vrij vroeg ontbeten hebben, beginnen de magen weer te knorren. Tijd dus om weer iets lekkers op te zoeken. Inmiddels kennen we de weg in het oude centrum vrij goed. We lopen naar een gezellig eettentje en genieten van heerlijk lichte Vietnamees noodle soep. Daarna is het tijd om ‘hotel-waards’ te gaan. Terwijl Floris en Aafje verder kleuren aan hun mandela, werkt Pepijn verder aan zijn puzzel.
Wanneer het twee uur is, staat de taxi voor de deur. Aafje geeft de dame van de receptie een ingekleurde mandela. De dame is er heel blij mee en haast zich naar de overkant van de straat om een zakje snoepjes voor Aafje te kopen. Met een grote glimlach op haar gezicht en het zakje stevig in de hand, stapt Aafje blij verrast de taxi in.
Voor de laatste keer deze reis rijden we door Hanoi. Dag leuke stad, we hebben het heerlijk gehad hier. We hebben genoten van de gezelligheid op straat, het lekkere eten, de cultuur, het fietsen en de vriendelijke mensen. De term ‘sticky rice’ (bij elkaar blijven wanneer je oversteekt) en ‘Yo!’ (het Vietnamees voor proost) zullen we zeker onthouden, evenals de scooters die volgeladen rondreden. Dank je wel voor de fijne dagen. Over ca. 10 dagen landen we hier nog even wanneer we op doortocht zijn naar Bangkok, maar dan zullen we niet meer in het oude centrum komen. We overnachten dan vlakbij het vliegveld.
Een half uur later arriveren we bij het vliegveld. Niet veel later zijn we ingecheckt en zitten we te wachten bij de gate. Het vliegtuig vertrekt zowaar een kwartier eerder dan vanochtend nog gepland. Wat een aangename verrassing! De vlucht is kort en verloopt prima. In het vliegtuig zit ik naast een flamboyante dame die een praatje aanknoopt. Ze schijnt al jaren in Vietnam te komen en geeft diverse tips voor leuke restaurants, over de voorstelling die in het theater van de Verboden Stad wordt gegeven etc. Leuk, het wordt genoteerd, we houden wel van adresjes die we via via doorkrijgen. Vlak voordat we landen vertelt ze dat ze net de eerste proefdruk heeft ontvangen van haar boek ‘Hue the last Royal Capital of Vietnam’.
Wanneer we even later naar de bagageband lopen, wordt Pepijn door een Vietnamese dame liefkozend in de wang geknepen. Ze bedoelen het allemaal zo goed, maar het valt bij onze knuffelgrage kinderen toch niet in goede aarde wanneer vreemden zo vrijpostig zijn. En dat kan ik me goed voorstellen. Het bizarre is, dat het ook moeilijk is om er iets tegen te doen. Ze hebben alle drie een vriendelijke, toegankelijk koppie en dat blijkt uitnodigend te zijn om ze te aaien, op de foto te zetten of, in Aafjes geval, op te tillen.
Wanneer we met bagage naar buiten lopen worden we gelijk weer opgewacht door een gids die ons naar het hotel brengt. Het Saigon Morin hotel waar we komende dagen verblijven is vrij luxe. De kamers zijn gigantisch, het is schoon en verzorgd. Ik voel me bijna underdressed en had liever in een leuk jurkje hier rondgelopen, maar besluit dat gevoel maar even aan de kant te zetten en vooral van het hotel te genieten. (Gelukkig zijn de overige gasten ook niet chique gekleed.) Op weg naar onze kamers, stappen we de lift binnen, waar de mat ons begroet met een ‘good evening’. Wat leuk, zouden er ook ‘good morning’ en ‘good afternoon’ versies zijn? We zullen het zien.
Ondanks dat Aafje in de auto op weg naar het hotel al op schoot in slaap was gevallen, besluiten we toch nog even op pad te gaan om in de buurt van het hotel wat te eten. De magen knorren inmiddels weer. We vinden een leuk tentje, waar we lekker eten. Daarna terug naar het hotel en onder de dekens; klaar voor een heerlijke nachtrust.
Dinsdag 19 januari – rondwandelen in Hue
Vandaag schrijft Leo het verslag van onze wandeling door Hue. Dank je wel Leo!
Na een nacht slapen in een vorstelijk bed, gaan we eerst ontbijten in ons hotel. Het aanbod was zeer uitgebreid en de service perfect! Wat een hotel! We hadden gelezen, dat er gemiddeld 3000mm regen in Hue valt per jaar, dus zijn we niet verrast wanneer we naar buiten kijken; het motregent. Met paraplu’s van het hotel gaan we toch op stap. Op weg naar de Citadel, aan de overkant van de Parfumrivier.
De Citadel werd gebouwd door Keizer Gia Long (ofwel Nguyen Phuc Anh zoals hij heette voordat hij zichzelf uitriep tot Keizer van Vietnam). In 1802 heroverde hij Vietnam en gaf opdracht in zijn nieuwe hoofdstad Hué een Citadel te bouwen naar Chinees voorbeeld. Het werd een vierkant met zijden van 2,2km. De Koningstad daarin is 600m lang en 620m breed. Tijdens de Vietnamoorlog werd veel verwoest met name tijdens het Tet offensief in 1968.
In 1992 kwam de Koningsstad te staan op de UNESCO Werelderfgoedlijst. En sindsdien wordt de schade stap voor stap hersteld. We komen na enig gezoek aan in de Koningsstad, via de Middagpoort. Een zeer grote, prachtige poort, die in 1833 is gebouwd naar het gelijknamige voorbeeld in Peking. Er achter ligt de Hal van de Opperste Harmonie. Daar zat tijdens ceremonies de keizer op zijn troon.
De Verboden Stad daarna is zeer indrukwekkend met veel prachtige gebouwen en mooie parken. Je komt er ogen tekort; tempels, paleizen, paviljoens, een theater, teveel om op te noemen in de prachtigste vormen en kleuren. Er wordt nog veel gerestaureerd, gelukkig maar!
Daarna, op de weg terug naar het hotel, brengen we even een bezoek aan een markt Dông Ba, naast de brug. Hier kopen we veel lekker fruit; lychees, mandarijnen en passievruchten.
Halverwege de middag zijn we weer terug in het hotel. Tijd om even te ontspannen. De jongens doen huiswerk terwijl Aafje in haar Pietenpak opgaat in haar Sinterklaas & Zwarte Pieten-spel. Wanneer Floris met zijn klas heeft geskypet, zoeken we een leuk restaurantje op om te eten. Vooraf hadden we over dit Stop & Go cafe gelezen. Naast lekker eten, verzorgen ze ook diverse dagtours, waaronder een dagtour naar de Vinh Moc Tunnels in de gedemilitariseerde zone, een stuk ten noorden van Hue. We informeren naar de toer en boeken deze voor overmorgen. Na genoten te hebben van heerlijk Vietnamees eten, keren we hotel-waards. Het was weer een heerlijke dag!
Woensdag 20 januari – varen over de Perfume River, fietsen door het buitengebied van Hue
Vandaag wordt het verslag geschreven door Rinie. Dank je wel Rinie!
Vandaag gaan we fietsen in Hue en met de boot over de Parfume River. Het lijkt ons peanuts, vergeleken bij fietsen in Hanoi. We gaan om 7.30u ontbijten en om 8.30u staat onze gids Fuhng (fonetisch) ons op te wachten; een vriendelijke vrouw van midden twintig die goed Engels spreekt. We lopen eerst naar de boot. Ons geweldige hotel ligt nl. heel centraal en dicht bij de Parfum rivier.
Het is een drakenboot waar we mee gaan varen. De naam Parfume river is ontstaan doordat bewoners van Hue de rivier altijd zo heerlijk naar gras vonden ruiken. Er zijn overigens nog andere versies, maar deze is algemeen. Onderweg stappen we uit om naar de pagode van de Hemelse moeder, Clua Thieu Mu te lopen. Er staat een mooi complex met oa twee pagodes en een paviljoen. We zien ook een aantal monniken die hier wonen, omdat ze monnik willen worden of omdat hun ouders geen geld hadden om ze naar school te laten gaan (en dit voor ze betaald wordt als ze bij een orde wonen).
We varen langs pomelo-plantages. De oevers zien eruit zoals prentbriefkaarten van Vietnam eruit zien. Daarna stappen we uit de boot en op de fiets. Dwars door dorpjes en bananen-, pomelo- en papaya-plantages. Geweldig. We zien aardnoten-plantages en rijstvelden. Het is winter hier, dus alles is nog in ’t beginstadium. (A: Voor het eerst zien we hoe pinda’s groeien en we denken gelijk aan een van de eerste Zuid Afrikaanse woorden die we destijds hebben geleerd: grondboontjiebotter, of te wel pindakaas. Ineens een heel logische naam.)
Omdat de gids vindt dat ’t voor de kinderen misschien wat saai is/ wordt, heeft ze bedacht dat de volwassenen een kopje thee drinken in een atelier waar men op zijde schildert en dat dan de kinderen ondertussen kunnen schilderen. Nou succes verzekerd. De mooiste creaties hebben Pepijn, Floris en Aafje gemaakt. Wanneer ze klaar zijn, worden de schilderijen op de weg gelegd om te drogen.
En verder gaat de fietstocht. We stoppen even later bij een Vietnamese familie. We worden uitgenodigd in ’t mooiste deel van het huis, waar alleen “hoog geëerde “ gasten worden toegelaten. En dat zijn wij dus !
De gids vertaalt het Vietnamees. De gastheer (72) blijkt bij de luchtmacht te hebben gewerkt in de oorlog voor de Amerikanen. We worden met alle egards ontvangen. Hij vertelt ons over het huis dat al lang in de familie is, en dat hij op zijn 17e heeft geërfd van zijn ouders, met de verantwoordelijkheid het in stand te houden voor het nageslacht. Veel meubels zijn meer dan 100 jaar oud. Het ziet er allemaal nog prachtig uit.
Ook krijgen we een rondleiding door de tuin, waar Jack fruit (grote gele vrucht met pukkeltjes), mangosteen (lijkt binnenin op een lychee met partjes), papaya en Vietnamese aardbeien (lijkt op de Vietnamese lychee zonder pukkeltjes, maar dan met aardbeismaak) aan de boom groeien. Leuk om te zien en te proeven!
Daarna kunnen we onze voeten wassen in houten teilen met heerlijk warm water met daarin geurende bloemen. We krijgen even een moment voor onszelf. Daar zitten we dan, gezellig op een rij, met de voeten in het water. Natuurlijk volgt er een fotomoment met de hele familie en…. eentje voor de gastheer die graag met Aafje alleen op de foto wil.
En dan de lunch, in de tuin onder de boom. We hebben al veel heel lekker eten gegeten in Vietnam. Maar dit was subliem. Heerlijke soep met oa lotusknoppen erin, garnalen en Vietnamese vijgen op een speciale manier klaargemaakt. De vijgen worden heel lang gekookt en dan roergebakken met wat verse koriander ea kruiden. Het ziet eruit als zalm uit een blikje, maar heeft een heel subtiele, frisse fruitsmaak. En de garnalen worden lang gegaard, waarna je ze in zijn geheel op kunt eten.
De vrouw des huizes maakt zelf sesam-koekjes en laat ons zien hoe het gaat. De kinderen staan er met de neus bovenop. Onder continu roeren wordt er suiker gesmolten tot het bruin wordt, waarna een heel schaaltje sesamzaadjes er doorheen wordt geroerd. Idee voor thuis. Bij vertrek, waar door de gastheer weer veel hartelijke woorden werden gezegd, krijgen we nog een zakje sesam-koekjes mee.
Na een poosje fietsen kijken we nog even bij een arena waar ooit gevechten tussen olifanten en tijgers plaatsvonden. De olifant die symbool staat voor de kracht van de keizer, werd hierbij enigszins geholpen door de grote tanden van de tijger er vooraf uit te trekken. Zou de olifant teveel gewond raken, dan zou dit direct een nederlaag voor de keizer zijn, en dat risico wilde men niet lopen.
Weer een geweldige dag, zoals er de afgelopen dagen zoveel zijn geweest. Het is zo heerlijk met ons allen.
Donderdag 21 januari – een duik in de geschiedenis van Vietnam
Vandaag duiken we de geschiedenis in. Samen met twee Engelse toeristen worden we met een busje naar het noorden gereden. De gids zal ons verderop begeleiden. Wanneer we al even op pad zijn, stoppen we bij Lady Boeddha. We steken de snelweg over om het beeld te bekijken, al missen we het commentaar van een gids die ons kan vertellen wat de functie of betekenis van deze plek is.
Een stuk verder, stopt het busje weer. Deze keer bezoeken we de verwoeste Katholieke Long Hung kerk in Quang Tri. Tijdens de Vietnamoorlog is hier in 1972 wel liefst 81 dagen gevochten tussen het Zuid Vietnamese leger (geholpen door de Amerikanen) en het Noord Vietnamese leger. De beschadigde kerk dient nu als monument en was samen met een schooltje het enige gebouw dat nog enigszins overeind stond. De kogelgaten zitten overal.
Een paar kilometer verder stopt de chauffeur voor de gids die ons vanaf hier zal vergezellen. Deze Vietnamese meneer is in 1954 geboren in dit gebied. Gedurende de tijd dat hij ons begeleidt, vertelt hij over zijn leven. Hoe hij hier opgroeide en elke dag ca. 15km naar school moest lopen. Hij vertelt wat hij in de oorlog heeft meegemaakt, hoe hij naar het zuiden is gevlucht, terwijl zijn ouders en verdere familie nog in gebied bleef. Een fascinerend verhaal van iemand die vrij open praat over de politiek, kritisch is t.o.v. de huidige regering, maar ook hoop heeft dat grote veranderingen in dit land niet kunnen uitblijven en er een betere toekomst zal komen.
Via rijstvelden arriveren we in duinachtig gebied waar we rechts de Zuid Chinese Zee zien opdoemen. Even later arriveren we bij de Vinh Moch tunnels. Dit tunnelnetwerk is gebruikt tijdens de Vietnam oorlog als woon- en schuilruimte en smokkelroute. Er woonden ca. 20 families, die elk leefden in een ruimte van 2m2. Tijdens de periode dat de tunnels werden gebruikt zijn er ca. 17 kinderen geboren. De lengte van de tunnels is 1044 meter en de hoogte varieert van 1,5 tot 2meter. De tunnels liggen tussen 8m en 23m diep en zijn nooit door de Amerikanen ontdekt.
Om er voor te zorgen dat er genoeg frisse lucht in de tunnels is, zijn er her en der luchtgaten gemaakt. Buitenaf lijkt het een waterput te zijn, maar dan zonder water. Tevens zijn er uitgangen aan de kust, waardoor de frisse zeewind het gangenstelsel inwaait. Het heeft 20 maanden gekost om deze tunnels met drie niveaus te bouwen. Na het eerste stuk, dat verlicht is, lopen een aantal van ons nog verder door een deel van de tunnel dat onverlicht is. Het is heel indrukwekkend om hier te lopen.
Wanneer we de tunnel uit zijn, lopen we langs een dame die fruit verkoopt. De gids kent haar en vertelt dat zij destijds mee gegraven heeft aan de tunnel en er ook gewoond heeft.
We stappen de auto weer in en rijden verder tot we aankomen bij de 17e breedtegraad; de demarcatielijn (DMZ of Demilitarised Zone) en steken de Ben Hairivier (die de DMZ volgt) over via de originele brug, dat nu een monument is. Aan de overkant bekijken we het monument van de wachtende vrouw/ moeder, die uitkijkt naar het Noorden waar haar man en/of kind vecht. Vervolgens bezoeken we een militaire begraafplaats Truong Son waar vrijwel alleen Noord Vietnamese soldaten liggen waarvan de naam onbekend is. Die soldaten droegen geen identificatieplaatjes.
Na deze laatste stop rijden we terug naar Hue. Het was een indrukwekkende dag. De verhalen van de gids hebben veel indruk gemaakt.
Deze rit hebben we geboekt bij Stop en Go, in Hue, om de hoek van het hotel en is zeker aan te raden. Voor jonge kinderen die vrij goed Engels verstaan kan het verhaal van de gids wel vrij heftig zijn. Als dit verteld wordt wanneer je buiten loopt, kun je met de kinderen wel even wat afleiding zoeken. In de auto is dat lastiger en is het handig om een koptelefoon met liedjes mee te nemen waar ze dan naar kunnen luisteren. Op de locaties zijn verder geen heftige/ schokkende foto’s te zien.
Terug in Hue wordt er wat huiswerk gedaan. Rond 17.00uur gaan de jongens naar beneden om de gids van gisteren op te halen. Ze wilde heel graag met de kinderen spelen en ze een cadeautje geven. Wanneer ze op de kamer van de kinderen is, geeft ze hen een cadeautje (een waaier voor Aafje en voor Pepijn en Floris heeft ze kleine Boeddha’s meegenomen; voor geluk en plezier). Ze spelen een paar potjes pesten, tot het tijd voor ons is om te eten. Eigenlijk wil ze na het eten weer terugkomen, maar we vinden het zo eigenlijk wel mooi geweest. We zoeken weer een leuk restaurantje in de Phan Ngu Lao straat. Het lijkt wel een overdekte tuin waar we zitten. Het eten is heerlijk, al zijn sommige gerechten wel heel pittig.
Vrijdag 22 januari – rustdagje
Na een intensieve dag gisteren, besluiten we vandaag lekker ‘thuis’ te blijven. Terwijl Rinie en Leo een korte wandeling langs het water en langs de Citadel maken, maken de jongens huiswerk. Nadat het huiswerk is afgerond gaan we het straatje in om koffie te drinken bij een gezellig koffiehuis tegenover het restaurant waar we gisteravond hebben gegeten. Het is een leuk tentje. Rinie en Leo trakteren op koffie ‘met wat iets lekkers’ (Aafje).
Wanneer we weer bijna terug bij het hotel zijn, lopen we nog even langs het water om te kijken of we leuke waaiers kunnen vinden. We vinden ze nog niet. Wat we wel vinden zijn de gedroogde gembersnippers die we gisteren bij het Vietnamese gezin bij de thee kregen. Thuis eens kijken of we dat zelf ook kunnen maken. Het lijkt geschaafde, verse gember te zijn die bestrooid met suiker wordt gedroogd. We nemen wat mee om thuis uit te delen. Ook zien we weer de sesamkoekjes die we hebben gegeten, maar die laten we liggen. Leuk om zelf thuis te maken en te trakteren op school?
We hebben ons tijdens de eerste dagen in Vietnam weer wat nieuwe woorden eigengemaakt. Hier komt het (fonetisch geschreven):
- hallo – sin ciau
- dag, tot ziens – tambie eht
- dank u wel – kham uhn
- ja – wan
- nee – khong
- proost – yo!
- Heerlijk! – zat ngon (ng als in koning)
Het is een heerlijk rustig dagje. We gaan met zijn allen bij het zwembad zitten. Eerst wordt er huiswerk gedaan, daarna gaan de kinderen zwemmen, wordt er aan het weblog gewerkt en een puzzel gedaan. Aan het eind van de dag lopen we weer naar het straatje met allemaal restaurantjes, waar we weer lekker eten (bij Carambole).
Op de terugweg zien we een verkoper van bezems die zijn hangmatje over het trottoir heeft gespannen. Even tijd om te relaxen. Voor we terug zijn bij het hotel lopen Rinie, de jongens en ik nog even langs het marktje bij het water om een paar waaiers te kopen. Met de huidige weersvoorspelling voor Bangkok (30+ graden) is het vast lekker om iets van verkoeling bij ons te hebben.
Weer een heerlijk dagje; even niets op het programma. Morgen vertrekken we naar Hoi An. We zijn allemaal erg benieuwd naar deze stad.
marcin 31 januari 2016
die gembersnippers heb ik wel receptje voor, wij hebben ze ook veel gehad, schijnt typisch snack/snoep te zijn voor rond het vietnamees nieuwjaar, dus roep maar als je het wilt, hier ook al paar keer gemaakt!
Alphons & Annemarit 31 januari 2016
Ja graag!!! Heb je toevallig ook de verhouding van de sesamkoekjes ? ;-D Die vonden we ook erg lekker. Groetjes